Veel Limburgers herinneren het zich als de dag van gisteren: de overstroming van de Geul in 2021. Limburg probeert zich daarna beter te wapenen tegen het wassende water. Maar gaat dat snel genoeg?
Deze pagina bekijkt de uitzending van Nieuwsuur, 3 jaar na de ramp kritisch.
Drie betrokkenen komen aan het woord:
De bewoner lijkt te denken dat de veiligheidsprobleem opgelost kunnen worden. De gedeputeerde geeft aan dat er noodmaatregelen zijn getroffen zoals de aanleg van waterbuffers, het aanpakken van de riolering en het verbeteren van de veiligheids-draaiboeken. In 2027 weten we precies welke maatregelen er getroffen moeten worden om het hele gebied in orde te maken.
De dijkgraaf wil meer zeggenschap over de ontwikkeling van nieuwbouwplannen van de gemeenten. De gedeputeerd geeft aan dat de verantwoordelijkheid voor in inrichting uiteindelijk bij de gemeenteraden ligt.
Wat is er feitelijk aan de hand:
1) In Zuid Limburg wonen mensen in de uiterwaarden van de rivier de Geul. Overstromingen zoals in 2021 zijn eenvoudig niet te voorkomen. Sterker nog het is goed mogelijk dat we dit soort overstromingen veel vaker gaan zien.
2) Van de noodmaatregelen genoemd door de gedeputeerde hebben het functioneren van de riolering en de waterbuffers nauwelijks effect op de wateroverlast door overstroming van de Geul. Het is de vraag of de reactietijd van het watersysteem onder extremere omstandigheden voldoende ruimte biedt voor noodmaatregelen.
3) Het idee dat we in 2027 weten welke maatregelen getroffen moeten worden om het gebied veilig te maken is een illusie. De gedeputeerde geeft niet voor niets vaag aan dat het gaat om maatregelen om het gebied in orde te maken.
4) De dijkgraaf kiest decennia te laat voor een verstandige benadering door het bouwen op kwetsbare plekken af te wijzen, maar legt samen met de gedeputeerde de bal bij de gemeenten. Het waterschap dekt zich op voorhand in dat ze op kwetsbare plekken niet voldoende bescherming kunnen bieden. Dat is niks nieuws.
Wat dan wel?
1) Het is belangrijk om de kans op overstromingen in het stroomgebied van de Geul helder te communiceren. Dit kan niet exact en het is daarom belangrijk een flinke marge aan te houden bij het aanduiden van gebieden met overstromingsrisico’s.
2) We moeten ons realiseren dat het hydrologisch functioneren van het gebied zeer onzeker is. Het probleem van die onzekerheden is in 2027 nog niet opgelost. Het onderbouwen van de effectiviteit van maatregelen is een langdurig leerproces. Noodgedwongen gaan we door schade en schande wijzer worden, vooral als wordt gekozen voor een minimalistische benadering (geen cent teveel hoor).
3) Het bouwen in kwetsbare gebieden zou gebonden kunnen zijn aan zeer strenge eisen. Dit geeft ook een helder signaal aan bewoners dat de veiligheid in hun woning niet vanzelfsprekend is. Het feit dat in het recente verleden wijken zijn gebouwd in gebieden met maximale overstromingsrisico’s heeft impliciet de indruk gewekt dat het veilig was om op dergelijke locaties te wonen.
4) Het rollenspel van de overheden is hier bizar. De bewoners zijn de dupe. Het wordt tijd voor een eenduidige set spelregels, een duidelijke toedeling van verantwoordelijkheden en een heldere communicatie van relevante feiten.
5) Het waterschap zou moeten weten hoe de watersystemen werken onder (zeer) extreme omstandigheden. In een lerende omgeving zouden ze moeten bouwen aan de praktische onderbouwing van simulatiemodellen om de effecten van toekomstige verbeteringsmaatregelen te kunnen onderbouwen. Het is zaak om dat vakmanschap in hun organisatie op te bouwen en uit te dragen in plaats van alles uit te besteden aan de markt. Vanuit die expertise kan een gezag worden opgebouwd om samen met gemeenten maatregelen te realiseren voor het beschermen van kwetsbare locaties.
Last Updated on 2024-07-12 19:46 by harrr